Mara's

Mara’s zijn jeugdbendes in Midden-Amerika. Deze bendes, waarvan de Mara Salvatrucha (ook bekend als MS 13) en de Calle 18 de grootste zijn, opereren met name in Honduras, Guatemala en El Salvador en in mindere mate in Nicaragua. Sinds de bendes in deze landen harder worden aangepakt, wijken ze ook uit naar Mexico. Er zijn zelfs al bendeleden gesignaleerd in Spanje.
De bendes werden in de jaren tachtig van de 20ste eeuw opgericht door Midden-Amerikaanse migranten in de Verenigde Staten, met name in Los Angeles, waar ze illegaal verbleven. Doordat ze werden uitgezet naar hun eigen land of daar vrijwillig weer naar teruggingen, werden de bendes ook naar deze landen verplaatst. Lange tijd leidden ze daar een bestaan in de marge, totdat de orkaan Mitch in 1998 grote verwoestingen in Midden-Amerika aanrichtte. De armoede en werkloosheid nam daardoor aanzienlijk toe en de mara’s kregen meer toestroom van geïnteresseerde jongeren.
De activiteiten van de mara’s en hun leden zijn divers. Individuele leden houden zich bezig met criminaliteit zoals handel in drugs, diefstal en mensensmokkel. Als teken dat leden bij een mara horen, zetten ze tatoeages op hun lichaam. Een bekende term is "La Vida Por Mara" (Het leven voor de mara). Als leden uit de mara willen stappen, worden ze vaak op een dodenlijst gezet. Onderling bestrijden ze elkaar met geweld. Vanwege deze moorddadige afrekeningen en de slachtoffers onder burgers die daardoor vallen, besloten de regeringen van de betrokken landen hard tegen de mara’s op te treden. Het gevolg is dat er nu ook een oorlog is ontstaan tussen de bendes en de politie: hierbij gebruiken de bendes aanslagen op burgers als pressiemiddel.
De meeste mara’s hanteren de leeftijd van 8 jaar als minimumleeftijd om te kunnen toetreden.
Volgens de Salvadoraanse bevrijdingstheoloog Jon Sobrino werd de burgeroorlog in Nicaragua en Guatemala te bruusk beëindigd: er werden vredesakkoorden gesloten zonder er de bevolking bij te betrekken. Hij meent dat de VN zich omzeggens niet hebben bekommerd om de armen. Ten gevolge hiervan ontstonden de mara's: vluchtelingen uit Centraal-Amerika die bij hun terugkomst verstrengeld geraakten in het harde drugsmilieu.

Honduras
In Honduras komen naar schatting 80.000 bendeleden in alle steden voor, maar vooral de stad San Pedro Sula staat bekend als een bolwerk van de Mara Salvatrucha. President Maduro startte een offensief om de bendes hard aan te pakken. De straf voor lidmaatschap van een bende werd op maximaal 12 jaar gesteld en wie informatie geeft waardoor de bendes kunnen worden opgerold, ontvangt een beloning van 1 miljoen lempiras (bijna 40.000€). Veel politici staan achter de aanpak van Maduro. Zij pleiten voor herinvoering van de doodstraf. Inmiddels bestaan er ook illegale doodseskaders van politieagenten, die daarop vooruitlopend alvast het recht in eigen hand nemen.
De reactie van de mara’s is meedogenloos: als waarschuwing aan de regering worden burgers ontvoerd en worden er dodelijke aanslagen gepleegd, bijvoorbeeld op het openbaar vervoer.
Naast de escalatie van geweld kent Honduras nog een ander probleem: bendeleden die uit een mara zijn gestapt en werk hebben gevonden worden vaak alsnog opgepakt door de politie. Na bemiddeling van de hulpbisschop van San Pedro Sula bij president Maduro kunnen zij nu een certificaat krijgen waarmee ze aan de politie kunnen aantonen dat ze niet meer tot een mara behoren.
Hoewel er in Honduras een regelrechte oorlog is ontstaan tussen de mara’s en de overheid, is Honduras vooralsnog het enige land waar de overheid een integrale visie heeft op het bestrijden van de bendes en waar de bestrijding wettelijk geregeld is.

El Salvador
Het aantal bendeleden in El Salvador wordt geschat op 35.000. Hier stelde president Fransisco Flores het plan 'Harde Hand' voor: een politieke en militaire operatie die de bendes moest oprollen. Daarbij hoorde ook een verandering in de wetgeving waardoor vermoedelijke leden op basis van hun kleding en tatoeages gevangen konden worden gezet en niet vanwege het plegen van een delict. Mensenrechtenorganisaties en de politieke oppositie hadden veel kritiek op dit offensief en het werd dan ook afgewezen. Maar in de periode dat het plan werd besproken in de regering zette de politie in El Salvador alvast ruim 2000 jongeren gevangen op basis van de voorgestelde regeling.
El Salvador probeert nu meer de Hondurese lijn te volgen.

Guatemala
Guatemala telt ongeveer 100.000 bendeleden. Ook dit land voelt zich gedwongen om repressieve maatregelen te nemen. De regering van Guatemala overweegt om celstraffen van zes tot twaalf jaar in te voeren voor bendeleden. De oppositie meent dat deze plannen geen echte oplossing voor het probleem bieden, omdat ze niets doen aan de rehabilitatie van de jongeren noch aan de verbetering van de economische vooruitzichten voor deze groep.
In Guatemala bestaat een politie-initiatief onder de naam 'Plan Bezem', waardoor al enkele honderden jongeren op basis van kleding en tatoeages zijn vastgezet.