vlag Spanje S P A N J E Wikipedia Landenweb
Opp.: 505.992 km² (17 x België)      Inw.: 47,7 miljoen (2014)   (94 inw./km²)      Regeringsvorm: koninkrijk      Hoofdstad: Madrid     Religie: rooms-katholiek

locatie Spanje Spanje beslaat ongeveer 80% van het Iberisch Schiereiland, in het zuidwesten van Europa. Buiten dat gebied horen ook de eilandengroep Balearen in de Middellandse Zee, de Canarische Eilanden in de Atlantische Oceaan en de Spaanse exclaves in Noord-Afrika bij Spanje.
In het noordoosten grenst Spanje aan Frankrijk en Andorra, in het westen aan Portugal, in het zuiden aan de Britse kolonie Gibraltar en via de exclaves Melilla en Ceuta aan Marokko.
Het landschap bestaat voornamelijk uit plateaus, zoals de Spaanse Hoogvlakte, en bergketens zoals de Pyreneeën en de Sierra Nevada. De belangrijkste rivieren van het land zijn de Taag, de Ebro, de Duero, de Guadiana en de Guadalquivir. De grootste bergketen, die van de Pyreneeën, is ontstaan als gevolg van het botsen van het Iberische subcontinent tegen het Europese continent.
De hoogste bergtoppen zijn de Mulhacen (3482m) in de Sierra Nevada, de Pico de Aneto (3404m) in de Pyreneeën en de Picos de Europa (2648m) in het westen. De hoogste berg van heel Spanje is de 3718 meter hoge Pico del Teide op het Canarische eiland Tenerife.
De geografische ligging van Spanje zorgt ervoor dat enkel het noordwesten (Galicië, Asturië, Cantabrië en Baskenland) onder invloed ligt van de zogenaamde straalstromen. Verder heeft Spanje een zeer onregelmatig landschap en is het een van de bergachtigste landen van het Europese continent. Dit alles maakt dat men zeer verschillende klimaten (en microklimaten) kan onderscheiden, gaande van een zacht mediterraan klimaat, over woestijnklimaat en subtropische varianten, naar een zeeklimaat (noordoosten).
Spanje

Politiek
Spanje is ingedeeld in 17 autonome gemeenschappen, zoals Catalonië, en 2 autonome steden (Ceuta en Melilla, beide met als buurland Marokko) of nog in 52 provincies. De mate van autonomie verschilt per gemeenschap.
De verschillende mate van autonomie is te verklaren uit de grote behoefte aan autonomie in de regio's Catalonië, Baskenland en Galicië, omdat deze drie elk een sterke eigen identiteit en taal hebben. Zij kregen hierdoor in een eerder stadium meer eigen rechten toegewezen dan de overige regio's en vallen dus onder het zogenaamde "speciale regime", waarbij de lokale taal een officiële status heeft. De verhoudingen van de regionale regeringen van het Baskenland en Catalonië (de Generalitat de Catalunya) met de centrale regering in Madrid zijn vaak gespannen en soms zelfs problematisch. De autonomie van deze regio's kan onder meer van toepassing zijn op het lokale zorgstelsel, het belastingstelsel, het onderwijs en de veiligheid. Catalonië en Baskenland hebben bijvoorbeeld elk een eigen politieorgaan.

Voortdurende politieke instabiliteit leidde uiteindelijk tot de Spaanse Burgeroorlog (1936-1939). Die begon als een nationalistische opstand tegen de wettige republikeinse regering, maar was, met alle buitenlandse bemoeienissen, feitelijk een conflict tussen het communisme en het fascisme. Generaal Franco, leider van de nationalisten, kreeg steun van Duitsland en Italië, terwijl de regering werd geholpen door de toenmalige Sovjet-Unie. De nationalisten wonnen en generaal Franco bleef als dictator aan de macht tot zijn dood in 1975.
Na de dood van Franco werd de monarchie hersteld. Juan Carlos, de kleinzoon van Alfons XIII, werd de nieuwe koning. In 1978 kwam een democratische grondwet tot stand die de sterk gecentraliseerde staatsvorm onder Franco wijzigde in een gedecentraliseerde structuur met autonome regio's of gemeenschappen.
Op 19 juni 2014 werd Juan Carlos opgevolgd door zijn zoon Felipe.

Deelstaten in Spanje Provincies in Spanje



Talen
De verschillende talen die in Spanje gesproken worden, zorgen regelmatig voor grote verwarring in het buitenland, waar men het vaak heeft over dialecten. Er zijn echter wel degelijk vijf officiële talen (Spaans of Castiliaans, Catalaans, Baskisch, Galicisch en Aranees) en twee niet-officiële talen (Asturisch en Aragonees). Het Spaans is de enige officiële nationale taal van Spanje.
De vier officiële regionale talen van Spanje spelen een relatief belangrijke rol, zowel op regionaal als op nationaal niveau. Zo spreekt 24% van de bevolking een van deze talen.


    Aragonees Talen in Spanje
    Aranees
   Asturisch
   Baskisch
   Castiliaans
   Catalaans
   Extremeens (variant van Asturisch)
   Galicisch


Catalonië
Catalonië omvat vier provincies: Barcelona, Gerona, Lerida en Tarragona. Deze deelstaat heeft een sterk ontwikkelde eigen identiteit en het gebruik van de Catalaanse taal wordt door de deelstaatregering dan ook sterk gepromoot. Er zijn drie officiële talen: Catalaans, Spaans en Aranees.
Met zijn separatistische partijencoalitie Junts pel Si (Samen voor Ja) wou Artur Mas jaren geleden al Catalonië losmaken van Spanje. Spanje Mas maakte van onafhankelijkheid het belangrijkste thema, mede om de aandacht af te leiden van de economische crisis. Zijn partij, de Democratische Samenkomst van Catalonië (CDC) maakt deel uit van Junts. Toch vrezen ook nationalistische Catalanen de onzekerheid die afscheiding met zich meebrengt, bijvoorbeeld voor hun pensioen, het lidmaatschap van Europese instellingen of ... het vertrek van 'Barça' uit de Spaanse voetbalcompetitie.

Referendum zondag 1 oktober 2017!
Op die dag ging een door de rechter verboden volksraadpleging door over de onafhankelijkheid van Catalonië De Catalanen konden enkel in panden waar separatisten zich hadden verschanst, ja of nee zeggen tegen afsplitsing. Madrid schakelde ook het systeem om stemmen te tellen uit, waardoor het referendum volgens de centrale regering als geannuleerd werd beschouwd. Zo werden zeker 12 miljoen stembiljetten in beslag genomen, websites geblokkeerd en honderden stemlokalen verzegeld.
De Catalaanse premier Carles Puigdemont had om bemiddeling gevraagd in het conflict en zag daarin een rol weggelegd voor de Europese Unie. Het referendum ging wel door, ondanks het verzet van Madrid. Puigdemont riep in ieder geval de Catalaanse bevolking op om geweld te vermijden. Ondertussen had het Spaanse centrale bestuur duizenden agenten ingezet om te vermijden dat er gestemd werd in het volgens hen illegale referendum. Verwacht werd dat ruim 1 miljoen Catalanen zouden instemmen met onafhankelijkheid -op een totaal van 5,3 miljoen opgeroepenen.
Het hoofd van de Mossos, de Catalaanse regionale politie, gaf agenten de opdracht om de stembureaus te evacueren en te sluiten, voor de stemming vanaf 9 uur van start zou gaan. Geweld mocht enkel als laatste redmiddel ingezet worden...
Maar een en ander draaide volledig verkeerd uit. De stemdag werd uiteindelijk overschaduwd door zwaar politiegeweld. Agenten vielen met geweld binnen in kiesbureaus en in Barcelona schoot de politie zelfs met rubberkogels om mensen uit elkaar te drijven. Meer dan 800 mensen raakten gewond, waaronder ook 33 leden van de Guardia Civil. De Spaanse premier Rajoy weigerde echter het referendum te erkennen.
90 procent van de stemmers kozen voor onafhankelijkheid. Maar hoe moest het nu verder? Er had immers een stemming plaatsgevonden die door de overheid niet erkend werd. Er waren ongeregeldheden en uiteraard ook heel veel nee-stemmers. Bovendien werd er enkel in deze regio gestemd, ook al betreft het hier een zaak die in feite alle Spanjaarden aanbelangt.
Dolgedraaid nationalisme langs beide kanten lost niets op en leidt alleen tot de onmogelijkheid om rond de tafel te gaan zitten, terwijl alleen daar stappen vooruit kunnen worden gezet. Zo reageerde vicepremier Alexander De Croo (Open Vld) op het referendum en het brute geweld dat daarmee gepaard ging. Verder was Charles Michel het eerste staatshoofd om zijn ontevredenheid over de gang van zaken te tonen.

De Spaanse regering en het grondwettelijk hof beschouwden dit referendum als illegaal en baseerden zich op de grondwet, waarin staat dat Spanje als een natie verbonden moet blijven. De Catalaanse regering zette de plannen toch door, ondanks een verbod van de Spaanse regering. Het Catalaanse parlement had bovendien wetten aangenomen om een afscheiding goed te laten verlopen en had verklaard binnen 72 uur de onafhankelijke republiek te zullen uitroepen bij een meerderheid aan voorstemmen.
Op 27 oktober 2017 stemde het Catalaanse parlement anoniem over de onafhankelijkheid. 82 van de 135 parlementariërs brachten een stem uit: 70 voor onafhankelijkheid, tien mensen stemden tegen en twee mensen stemden blanco. Voor de stemming liep de oppositie uit protest de zaal uit. De Spaanse senaat gaf daarop toestemming artikel 155 van de Spaanse grondwet in te zetten, waarmee de Catalaanse regering uit de macht gezet kan worden.

De invoering van artikel 155 betekende dus dat de Catalaanse regering de laan werd uitgestuurd: de burgers zullen op 21 december al naar de stembus moeten om nieuwe regionale volksvertegenwoordigers te kiezen. Daarnaast wil premier Rajoy de publieke media en de politie onder voogdij plaatsen. De chef van de Catalaanse politie moest al opstappen. Voor Madrid wordt het echter niet evident een regio te besturen zonder er ook personeel naartoe te sturen. Het is dus goed mogelijk dat Rajoy de Catalaanse regeringsgebouwen militair zal bezetten.
Aangezien artikel 155 nooit eerder in gang werd gezet en ook de Catalanen niet vertrouwd zijn met het eenzijdig uitroepen van de onafhankelijkheid, is het koffiedik kijken wat er nu verder gaat gebeuren. Ofwel kiest Rajoy voor de harde aanpak ofwel kiest hij er toch nog voor om rond de tafel te gaan zitten. Vraag is ook of Madrid alle parlementsleden die zich hebben laten verleiden tot een onwettige stemming, zal straffen.
Dat de gemoederen vermoedelijk opnieuw hoog zullen oplaaien, staat wel vast: duizenden Catalanen hebben nu al postgevat voor het parlementsgebouw en komen de straat op. Wanneer Madrid de beslissing neemt het hele parlement op te doeken en de touwtjes stevig in handen te nemen, zullen er zeker opnieuw rellen ontstaan.
Voor Europa verandert er voorlopig niets. De Europese Unie gaat ook na het uitroepen van de onafhankelijkheid niet met Catalonië in gesprek. De meeste Europese lidstaten plus de VS trekken de kaart van Spanje. Zo zegt Duitsland de Spaanse regering te steunen. Het erkent de stemming in het Catalaanse parlement over onafhankelijkheid niet. Onze premier, Charles Michel, roept op tot dialoog. UGent-professor Hendrik Vos is ervan overtuigd dat Catalonië door geen enkele staat als onafhankelijk zal worden erkend. VUB-professor Luk Van Langenhove zegt dan weer dat de resolutie maar weinig juridische waarde heeft.